Gabriel Lalemant sj

+ 1649

Gabriel Lalement sj

Gabriel Lalemant werd op 10 oktober 1610 in Parijs geboren. Hij kreeg zijn opleiding op het jezuïetencollege en trad zelf in bij de jezuïeten op 24 maart 1630.

Gabriel Lalemant werd op 10 oktober 1610 in Parijs geboren. Hij kreeg zijn opleiding op het jezuïetencollege en trad zelf in bij de jezuïeten op 24 maart 1630.

Bij het afleggen van zijn eerste geloften sprak hij het verlangen uit naar de missie gezonden te worden. Hij had twee ooms die ook in de missie werkten. Maar voorlopig liet men hem zeven jaar lesgeven op het college. Hij had een kwetsbare gezondheid; dat was er misschien de reden van dat men niet op zijn verzoek inging.

Maar in 1646 werd hij uiteindelijk toch naar de Huronenmissie gezonden in Nieuw-Frankrijk (= nagenoeg het hele Noord-Amerikaanse continent). Op 13 juni voer hij af tezamen met nog twee paters en een broeder. Op 20 september bereikten ze Québec. De eerste twee jaar moest hij de Huroonse taal en gebruiken leren. In augustus 1648 sloot hij zich aan bij Huronen die naar Québec waren gekomen om hun bont te verhandelen en nu terugkeerden naar hun nederzettingen in de binnenlanden. Een maand later was hij in Ste-Marie, een belangrijke jezuïetenstatie. Met pater Jean de Brébeuf trok hij rond in de omgeving om Huronennederzettingen te bezoeken. Een betere gids kon hij zich niet wensen. Pater Jean zat immers met tussenpozen al sinds 1625 tussen de indianen.

Maar zo lang als Jean de Brébeuf reeds hier verbleef, zo kort zou het verblijf van Pater Lalemant duren. Op 5 maart 1649 had hun rondtocht door het Huronengebied hen gebracht naar de nederzetting van St-Louis. Juist op dat moment werd de missiestatie overvallen door de erfvijanden van de Huronen, de Irokez. Hun wreedheid was berucht. Alle zwakke mensen werden gedood en de sterken bijeengebracht voor de gebruikelijke martelingen. Hoe sterker een slachtoffer bleek, hoe liever de indianen het hadden. Ze zouden zijn bloed drinken en vlees eten en zo zijn zielensterkte in zich opnemen.

Bij de beide paters werden de nagels afgebeten en de vingertoppen afgekloven. Vervolgens werden ze gedwongen naakt door de sneeuw te rennen naar de vier kilometer verderop gelegen missiepost van St-Ignace welke een dag tevoren door de Irokezen onder de voet was gelopen. Daar wachtten de andere Irokezen die op hun beurt hun wrede spelletjes mochten spelen, inclusief de kinderen. Om te beginnen mocht iedereen de gevangenen proberen te raken met stokken en ander slaghout op het moment dat zij de palissade kwamen binnenrennen. Vervolgens werden ze aan palen vastgebonden en begonnen de eigenlijke folteringen. Naar het schijnt was eerst pater de Brébeuf aan de beurt en moest pater Lalemant toezien wat hem straks te wachten stond…

Nadat pater de Brébeuf in de vroege morgen van de 16e maart rond 4 uur was bezweken aan zijn folteringen, begonnen ze om een uur of zes aan pater Lalemant. Eerst legden ze een vuur aan onder zijn voeten en hadden buitengewoon plezier om de dansende bewegingen die hij maakte. Een dag lang werd hij verder onderworpen aan uitgekiende martelingen. Toen de nacht aanbrak leefde hij nog en de volgende dag werd de gruwelijkheid van de martelingen opgevoerd. Na afschuwelijke pijnigingen en onvoorstelbaar wrede folteringen, die we hier niet in détail zullen weergeven, gaf hij uiteindelijk de geest: 17 maart 1649. Alles bijeen had het verblijf van Pater Gabriel Lalement in de indianenmissie nog geen half jaar geduurd.

Toen de Irokezen eenmaal waren afgetrokken, verzamelden medebroeders de resten van hun martelaars en brachten ze als kostbare relieken over naar Ste-Marie. Daar werden ze in alle eerbied begraven vlakbij de deur van de kapel.

Hij werd tezamen met de zeven andere Canadese jezuïetenmartelaren op 21 juni 1925 door paus Pius XI zalig en op 29 juni 1930 heilig verklaard.

Bekijk alle portretten

Deel