Walter Ceyssens legde zaterdag 13 oktober zijn laatste geloften af. ‘Deze etappe is de start van iets nieuws.’
Walter Ceyssens legde zaterdag 13 oktober zijn laatste geloften af. ‘Deze etappe is de start van iets nieuws.’
‘De erkenning van mijn medebroeders, om te beginnen bij de uitnodiging van pater generaal om deze geloften af te leggen. Dat heeft mij veel gedaan. De broeders van wie ik houd, tegen wie ik ook altijd heb opgekeken, daar ben ik nu helemaal de gelijke van. Vanaf de eerste dag in het noviciaat voelde ik: dit is mijn weg, hier kom ik thuis. Daarin ben ik nu helemaal opgenomen. Het is zoals Bert Daelemans sj onlangs zei toen hij zijn laatste geloften aflegde: ‘Ik ben nu niet meer van de Sociëteit van Jezus, nu ben ik de Sociëteit van Jezus.’
‘Ik had niet verwacht dat het zo sterk zou voelen. Ik dacht: het is natuurlijk wel leuk om te weten dat ik toegelaten ben tot het afleggen van die laatste geloften. Maar op het eerste gezicht gebeurt er niet veel. Ik lees een oude tekst voor, die ik zelf heb overgeschreven, tijdens een gewone eucharistieviering. Maar toch: de voorbereiding daarop, de medebroeders die ermee bezig zijn en die prachtig hebben gezongen, de regionaal die een mooie homilie gaf… Dat het nu mijn beurt was om na zoveel medebroeders uit eeuwen en eeuwen die woorden uit te spreken, dat heeft mij wel diep geraakt. Het was van hetzelfde niveau als mijn priesterwijding.’
“De broeders van wie ik houd, tegen wie ik ook altijd heb opgekeken, daar ben ik nu helemaal de gelijke van.”
‘Het motto van de viering was: “Vaar naar het diepe”, over de wonderbare visvangst in het Evangelie van Lucas. Daar hoorde een prentje bij van Ignatius’ visioen in La Storta (zie hieronder). Hij wordt bij de Zoon geplaatst door de Vader. Dat is voor mij een diepe apostolische beweging. Ik sta bij de Zoon, in de Sociëteit van Jezus, gezonden in de wereld om daar mijn kruis op te nemen. “Vaar naar het diepe”, blijf bij Jezus, tot het einde toe. Vanaf het moment dat ik de uitnodiging had gemaakt, heb ik veel naar dat prentje gekeken.’
‘Ja de speciale geloften van jezuïeten ten aanzien van de paus. Die werd na de andere geloften, die ik al eens had gedaan – armoede, gehoorzaamheid en kuisheid –, ingeleid door het woordje ‘bovendien’. Dat voelde ik wel, dat woordje. Het trapje dat je van binnen opgaat. Dat ik werkelijk overal naartoe gezonden kan worden. Het was een totale overgave: ik ben beschikbaar. Dat vind ik wel een fijne gedachte. Ik zal er staan voor de kerk voor de Sociëteit van Jezus, ik ben beschikbaar met al mijn tekorten en mankementen. Deze etappe is de start van iets nieuws.’
‘Op zich verandert er niet meteen veel. Ik kan vanaf nu gevraagd worden voor eender welke positie binnen de Sociëteit van Jezus. En ik heb afstand gedaan van al mijn bezittingen, de dingen die ik had kunnen terugkrijgen als ik zou uittreden.’
Bekijk alle nieuwsberichten