Paus Franciscus bezoekt deze week Canada. De Vlaamse jezuïet Wim Dombret woonde 17 jaar in Canada en had er contact met de inheemse bevolking. Hij schets hun situatie.
Paus Franciscus bezoekt deze week Canada. De Vlaamse jezuïet Wim Dombret woonde 17 jaar in Canada en had er contact met de inheemse bevolking. Hij schets hun situatie.
Als kind werd ik getroffen door een foto van een indiaanse leider. Wat mij toen sterk beroerde, was zijn uitgesproken, haast gekerfde, wat donkere gelaatsuitdrukking die ondanks de pijnlijke geschiedenis van zijn volk toch grote fierheid en sterk verzet uitdrukte. Tijdens mijn periode in Canada greep ik dan ook de kans om er enkele keren een missionaris te vervangen. Ik maakte al snel kennis met de pijnlijke geschiedenis van deze oorspronkelijke bewoners van Canada, waarvan de gevolgen doorwerken tot op de dag van vandaag.
Na de Europese invasie in de zeventiende eeuw, kregen de indianen reservaten toegewezen. Die werden steeds kleiner toen er meer Europeanen arriveerden. Als de inheemse bevolking hun beperkte rechten wilden behouden, moesten zij hun huisvesting, economie en leven uitbouwen op deze beperkte en doorgaans zeer afgelegen plaatsen.
Eeuwen van overheersing, kleinering en marginalisering volgden en raakten de inheemse bevolking diep in hun zelfwaarde. Van mijn eerste contact met de indianen herinner ik me nog een paar gesprekken met enkele jongeren. Ik begreep dat ieder mens doorgaans met eenzelfde positieve levensdrang en verlangen geboren wordt, maar dat deze levenslust destructief dreigt te worden wanneer de gehavende affectieve en sociaal-economische omstandigheden dit verlangen frustreren.
De positie van de inheemse bevolking is in vele opzichten nog altijd achtergesteld. Onderzoekers concludeerden in 2019 dat inheemse vrouwen dertien keer zoveel kans lopen om vermoord te worden of vermist te raken dan andere Canadezen. De levensverwachting ligt zo’n vijf tot zeven jaar lager. De inheemse bevolking is oververtegenwoordigd in het aantal zelfdodingen, misbruik en drugs- en alcoholgerelateerde delicten. Hoewel ze maar enkele procenten van de Canadese bevolking uitmaken, is 30 procent van de gedetineerden inheems. In vrouwengevangenissen ligt dat percentage zelfs op 42 procent.
Grote bron van de nog altijd voelbare pijn is het assimilatieproces dat eind negentiende eeuw werd georganiseerd door de Canadese regering. Die geloofde dat de inheemse bevolking het best ‘gediend’ zou zijn met een verplichte aanvaarding van de westerse cultuur. Inheemse kinderen werden systematisch weggehaald bij hun ouders, afgezonderd en bijeengebracht in kostscholen (residential schools). Hun lange haar werd kortgeknipt, ze moesten westerse kledij dragen en mochten hun ‘vuile taaltje’ niet meer spreken. In ruil kregen ze een ‘gedegen’ westerse opvoeding.
Vanaf de jaren ’20 werden kerken betrokken bij het onderwijs aan deze scholen, om de kinderen het christelijk geloof bijbrengen. Zeker 150.000 kinderen gingen naar deze kostscholen. Het leven was er hard. Het sterftecijfer was hoog als gevolg van infectieziektes, mishandeling en ondervoeding. De ouders werden daar vaak niet van op de hoogte gebracht. De laatste residential school sloot in 1996 haar deuren. Onlangs werden bij enkele van die scholene lijken van meer dan duizend vermiste kinderen uit inheemse families gevonden. De kinderen werden anoniem begraven, soms in een massagraf. Nog meer graven zullen vermoedelijk ontdekt worden.
In 2005 ging in Canada een verzoeningsproces van start, een equivalent van de waarheidscommissies in Zuid-Afrika. De commissie oordeelde dat het schoolbeleid voor de inheemse bevolking een vorm van culturele genocide was. Voor dit schoolsysteem bood de Canadese regering in 2008 excuses aan.
In 2013 gingen de Canadese jezuïeten, die werkzaam waren op drie residental schools, diep door het stof. Provinciale overste Peter Bisson en jezuïet Winston Rye erkenden in een officiële verklaring de feiten en boden hun excuses aan.
Na de officiële excuses van de overheid zijn vijftig actiepunten opgesteld om de situatie van de inheemse bevolking te verbeteren. Hopelijk blijven dat geen dode letters. Ook de paus liet onlangs blijken begaan te zijn met het lot van de inheemse bevolking in Canada. Hij wenst hun getuigenis rechtstreeks te beluisteren, de impact van de kolonisatie en de rol van de katholieke Kerk in het systeem van residentiële scholen aan de orde stellen om zo bij te dragen aan de heling van de wonden van het lijden van inheemse volkeren en de aanhoudende effecten van het intergenerationele trauma.
(Update: Inmiddels is dit bezoek er geweest, de paus bezocht eind juli 2022 Canada, waar hij onder andere aan de inheemse bevolking excuses aanbood voor de misstanden op katholieke kostscholen.)
De jezuïeten en ook andere kerkelijke groeperingen hebben vandaag de dag over het algemeen een goed en constructief contact met de inheemse bevolking, met name met de christenen onder hen. In de jaren zeventig ging een team van jezuïeten van dorp naar dorp om de inheemse katholieken aan te moedigen om meer verantwoordelijkheden op zich te nemen in hun parochies. Ze gaven opleidingen Bijbel, theologie en pastoraat aan onder andere diakens en hun echtgenotes.
Momenteel centreert de inzet voor de inheemse bevolking zich, naast parochiewerk in steden en communauteiten, rond gevarieerd vormingswerk in twee bezinnings- en vormingscentra. Ook werden er een tiental jaren geleden met de hulp van weldoeners drie middenscholen voor indiaanse kinderen opgericht. Hier krijgen de leerlingen een aangepaste en intense vorming om hen nadien in te schakelen in het regulier onderwijs en blijkbaar met succes. Aan enkele jezuïetenuniversiteiten is er samenwerking met de indiaanse gemeenschap om hun taal en cultuur uit te dragen. Aan de universiteit van Sudbury hebben de indianen sinds de jaren ’60 een eigen faculteit.
Ook ruimer stelt men een kentering vast. De indiaanse communauteiten krijgen veel vragen voor bezoeken van groepen en scholen. De officiële media belichten de laatste decennia meer systematisch en constructief de situatie van de indianen. Een deel van de nieuwe generatie van Canadezen blijkt ook gevoeliger voor dit onrecht uit het verleden, de moeilijke situatie van de inheemse bevolking en de waarde van de inheemse culturen, al is racisme nog steeds een wijdverspreid fenomeen. Dat sportverenigingen bijvoorbeeld langzaam inzien dat clichés van indianen met holywoodpluimen als embleem en mascotte niet gepast zijn, is een stap in de goede richting.
Regelmatig had ik een positieve ervaring in de ontmoeting met jonge, enthousiaste inheemse gezinnen die blijkbaar ontsnapten aan bovengenoemde valkuilen. Ook ontmoette ik sterke en gedreven inheemse leiders die zich op creatieve wijze en zonder ophouden inzetten voor bewustwording en verbetering van de situatie van hun eigen bevolking. Landclaims, tewerkstelling, integratie, vorming, strijd tegen drugs en alcohol en het bevorderen van eigen kunst en cultuur zijn maar enkele van hun aandachtspunten.
Het zijn goede en hoopvolle perspectieven, al is de situatie complex. De weg eruit zal dan ook nog lang zijn.
Dit artikel verscheen in de zomer van 2021 op www.igniswebmagazine.nl.
Afbeelding via de Facebookpagina van National Centre for Truth and Reconciliation, Lebret (Qu’Appelle, katholieke school in Lebret, Saskatchewan, operationeel tussen 1884 en 1969.
Bekijk alle nieuwsberichten