God is groter

do 09 aug 2012
God is groter

Samuel Overloop sj over zijn interreligieuze studiemaand in Libanon

Samuel Overloop sj over zijn interreligieuze studiemaand in Libanon

Interreligieuze praktijk

Begin juli in Beirut. De ramadan dit jaar valt in het midden van de zomer. Overal in de moskeeën van de stad zie je overdag mannen slapen, uitgeput van het vasten. Toch merk je verder niets van de ramadan: winkels blijven open, cafés en restaurants worden ook overdag druk bezocht. Dat is niet verwonderlijk, want naast soennieten (45%) en sjiieten (11%) wonen er ook nog om en bij de 400,000 christenen (30%) in de stad. De ideale plaats dus voor een jezuïet in vorming om zich te verdiepen in de interreligieuze dialoog, en vooral, praktijk.

12 jezuïeten in vorming

Interreligieuze dialoog is één van de apostolische dimensies van de Sociëteit van Jezus. Om die reden ben ik deze zomer naar Beirut getrokken samen met elf andere jezuïeten in vorming. Een maand lang hielden we ons intensief bezig met de studie van de Arabische taal en met het ontdekken van de religieuze dimensies van Libanon en de andere Arabisch sprekende landen. Een aantal ontmoetingen zullen me in het bijzonder bijblijven.

De eerste rij

In een oud kruisvaarderskerk in het hartje van Beirut bevindt zich nu een soennitische moskee. Op een avond ben ik er binnengestapt voor het laatste gebed van de dag aangetrokken door de oproep tot gebed van de muezzin. Je stapt een andere wereld in, volledig vreemd en daarom ook een beetje bedreigend. Toch voelde ik meteen aan dat dit een plaats is waar gebeden wordt.

Verschillend met een typische katholieke eredienst, in een moskee gaan de gelovigen niet zo ver mogelijk achteraan zitten, maar integendeel, men bezet zoveel mogelijk de eerste rij, en als die vol is, de tweede en zo voort. Er is geen standenverschil: jong staat naast oud en rijk naast arm. Dat is het eerste grote kenmerk dat mij opviel: het gevoel van gemeenschap. Dit gevoel werd alleen maar versterkt door het gezamenlijke ritueel van het vooroverbuigen en het rechtstaan dat deel is van de salaat. Wie niet deelneemt aan dit ritueel staat buiten de gemeenschap. Dat ervaar je tot in je binnenste als toeschouwer: ik hoor hier niet bij.

Allahu akbar

Bij het ritueel gebed is één zin van enorm belang: Allahu akbar. God is groter! Op het ritme van deze zin buigt de gemeenschap zich ter aarde neer voor God. Deze handeling bezit een enorme symbolische kracht. De moslim erkent dat God de altijd grotere is niet alleen met woord maar ook met daad. In deze éne zin heb je eigenlijk de hele theologie van de Qur’an in een notendop. Deze twee kenmerken, de gemeenschap en de transcendente God tekenen het leven van elke moslim. Zonder gebed geen gemeenschap en zonder gemeenschap geen geloof, geloof als daad van onderwerping aan God.

De grootheid van God

Tijdens de salaat richt ook ik mijn hart naar God. Ik ervaar een vernieuwd verlangen naar gemeenschap, naar het delen van mijn geloof en leven met medegelovigen. Tegelijkertijd ervaar ik opnieuw de grootheid van God en ik verblijf vol ontzag in zijn overweldigende, liefdevolle aanwezigheid.

De uitdaging van de Islam

Interreligieuze dialoog is een groot woord. Mijn kleine begin doorheen de vele ontmoetingen was vertroostend en bracht me dichter bij God. Het contact met moslims heeft niet alleen mijn interesse in Islam verder aangewakkerd, maar heeft mij tevens uitgedaagd om enkele aspecten van mijn geloof te verdiepen en om een betere christen te worden. Misschien is dit wel wat we als Kerk in Europa mogen hopen: dat het contact met Islam onze evangelische radicaliteit vernieuwt en ons opnieuw in staat stelt om Jezus Christus onvervalst uit te dragen. Eén ding is zeker, dit kan alleen maar als we opnieuw werkelijk gemeenschap worden ten dienste van een God die groter is dan onze bekrompen categorieën.

Samuel Overloop sj
 

Bekijk alle nieuwsberichten

Deel