Bij het mediteren en overwegen blijf je langer bij een tekst stilstaan : je overdenkt, je overweegt, je bezint teneinde de tekst dieper te verstaan. Hoe meer een tekst zich verdiept, hoe meer je verstand en je inzicht erin doordringen, des te sterker zal hij ook je wil aanspreken en je tot een besluit brengen. In het mediteren gaat de aandacht vooral uit naar het verstaan van de tekst : wat staat er precies, wat bedoelt de auteur, hoe hangt dit samen met het geheel van de boodschap? Er zijn in de Schrift gemakkelijke passages, zoals er ook moeilijke perikopen zijn.
Soms kun je dus ook wat hulp gebruiken … Maar verwacht daar niet te veel van! Neem geen commentaren ter hand die geschreven zijn voor specialisten. Zoek eerder korte en eenvoudige artikelen of commentaren die de tekst open maken voor je gebed.
Lees zo’n commentaar vóór je gaat bidden – en dus niet tijdens je gebed. Zoek een commentaar dat de tekst voor je openmaakt, ontsluit, iets duidelijk maakt, je eigen zienswijze verruimt. In het begin kun je geholpen worden door een meditatief commentaar, een commentaar waarin de auteur je een meditatie voor-doet. Dit kan je helpen, je kunt zo zien hoe het kan. Maar uiteindelijk zal je je eigen manier van mediteren moeten vinden.
Bid niet te veel met gedachten en ideeën van anderen, maar wees zelf actief, zoek zelf te begrijpen en laat de Geest je de goede woorden ingeven. Laat je met andere woorden aanspreken door de Schrift zélf! Als je een meditatieboek gebruikt, doe het dan op de volgende manier : je leest een hoofdstuk uit een boek van Piet van Breemen of van Eloi Leclerc of van Carlo Martini, niet tijdens je gebed maar als voorbereiding. Daarmee heb je een kader, een achtergrond, een kapstok waar je een en ander aan kunt ophangen. Neem dan de Schrifttekst die de auteur van het boek becommentarieerd heeft, om er zélf mee te gaan mediteren. Ignatius geeft in zijn Geestelijke Oefeningen de raad : “Niet het vele weten verzadigt en voldoet de ziel, maar wel het innerlijk voelen en smaken” [2].