De buitenkant van ‘mijn’ Geestelijke Oefeningen valt kort samen te vatten. Negen maanden lang begon mijn dag met een uur gebed en terugblik. Negen maanden lang trok ik elke week naar de naburige stad voor een gesprek met de begeleider.
De buitenkant van ‘mijn’ Geestelijke Oefeningen valt kort samen te vatten. Negen maanden lang begon mijn dag met een uur gebed en terugblik. Negen maanden lang trok ik elke week naar de naburige stad voor een gesprek met de begeleider.
Wat er in de loop van die negen maanden ‘in de binnenkamer’ gebeurde laat zich veel moeilijker verwoorden. Het is een bijzonder intense ervaring geweest die me vervult met grote dankbaarheid. Het traject verliep verre van rimpelloos. Elke opgegeven tekst bleek altijd wel één of ander aspect van mijn leven te raken. Innerlijk proberen te proeven wat een vers of woord in me teweeg bracht, het leverde een erg bewogen reis op.
Vertwijfeling, opstandigheid, verveling en verstrooidheid, rauwe wanhoop soms, werden afgewisseld met momenten van immense vreugde en flarden onverwacht vertrouwen. Tastend durven zien wat is (of niet is), aanwezig blijven bij wat zich aandient en dan merken dat Iemand je daarin tegemoet komt, dat je wordt aangeraakt precies daar waar je jezelf onaanraakbaar vindt, ik heb het ervaren als pure genade. ‘Eeuwige die mij aankijkt. Levende die mij ziet’, talloze keren had ik deze woorden van Oosterhuis al gezongen. Tijdens de Oefeningen heb ik in de concreetheid van mijn leven mogen proeven hoe waar ze zijn.
Nu nog – we zijn inmiddels enkele jaren later- begint mijn dag met een half uur stille tijd.
Deze gewoonte is me erg dierbaar geworden. Ze maakt me doorheen de dag alerter voor de aanwezigheid van de Levende, altijd nabijer dan ik vermoed, presenter dan ik kan denken…
Anna