Theoloog, Italië
Theoloog, Italië
O Heer,
Zoet en vriendelijk en vol barmhartigheid,
wie zal U niet van ganser harte dienen,
als hij ook maar enigszins begint te proeven
Hoe liefelijk uw vaderlijke heerschappij is?
Wat vraagt Gij, Heer, van uw dienaren?
Neemt mijn juk op, zegt Gij.
En hoe is uw juk?
Mijn juk, zegt Gij, is zoet
En mijn last is licht.
Wie zal niet met het grootste genoegen
een juk willen dragen
dat niet drukt maar koestert,
en een last die niet bezwaart maar verkwikt?
Terecht hebt Gij er dan ook aan toegevoegd:
en gij zult rust vinden voor uw zielen.
En wat is uw juk
dat niet vermoeit, maar rust geeft?
Dat is dit eerste en hoogste gebod:
Bemin de Heer uw God met heel uw hart.
Wat immers is gemakkelijker,
wat is zoeter en bekoorlijker,
dan te houden van de goedheid en schoonheid en liefde.
Want dat alles zijt Gij,
Heer mijn God