De contemplatieve dialoog is een manier om samen te bidden rond de Bijbel. Het is leren luisteren zowel naar het Woord van God als naar elkaar. Het is een manier om samen meer Kerk te vormen. De contemplatieve dialoog bestaat uit drie opeenvolgende “ronden”, waarbij een goede gespreksleider of “procesbewaker” een grote hulp is. bij het begin van de contemplatieve dialoog nodigt de gespreksleider uit tot een innerlijke houding van gebed en contemplatie. Dan leest iemand een Schrifttekst voor, die gekozen is om samen mee te bidden. Er volgt een korte bezinningstijd in stilte, waarna de eerste ronde begint.
In de eerste ronde zegt ieder om beurt wat de tekst hem nu gezegd heeft, wat hem getroffen heeft, hoe het hem of haar geraakt heeft. Ieder probeert kort en rustig het wezenlijke te zeggen. Na elke spreker herhaalt de gespreksleider – die eventueel alles kort noteert – in enkele woorden wat ieder heeft gezegd. Terwijl de gespreksleider herhaalt, kunnen de anderen “contempleren” wat de vorige spreker gezegd heeft. Het komt er in die eerste niet op aan interessante of originele gedachten te hebben, het komt eropaan zo eerlijk en eenvoudig mogelijk te verwoorden hoe de Schrifttekst je aanspreekt of weerstand oproept. Niemand moet zich verplicht voelen te spreken. Een klimaat van vrijheid en vertrouwen is belangrijk opdat ieder waarachtig kan zijn.
De tweede ronde wordt voorbereid door een wat langer moment van stilte. Want in de tweede ronde zal ieder om beurt zeggen wat hem of haar in de eerste ronde bijzonder getroffen heeft. Je moet in de tweede ronde niet iedereen tevreden willen stellen, door van elk iets weer te geven. In het stiltemoment onderscheid je wat, in hetgeen je gehoord hebt, jou het meest getroffen heeft, waaraan jij vandaag een boodschap hebt gehad. Soms kan het eenvoudigste woord je heel persoonlijk geraakt hebben. De gespreksleider waakt erover dat ook de tweede ronde in alle rust gebeurt, met de nodige korte pauzes. Het is niet nodig dat de gespreksleider in de tweede ronde alles herhaalt. De stille pauzes zijn wel nodig om wat gezegd wordt te laten bezinken. Wat in de tweede ronde echter niet thuishoort, is de discussie. Het gaat in de contemplatieve dialoog om contemplatief gebed. Men gaat dus niet in op wat iemand in de eerste ronde gezegd heeft, maar dankt iemand omdat hij dit of dat gezegd heeft wat mij persoonlijk geraakt heeft.
In de derde ronde, die niet langer systematisch het rijtje afgaat, kan wie dit wil een voorbede formuleren. De voorbede kan verwoorden wat in de contemplatieve dialoog is gezegd, maar mag ook vanuit een bredere achtergrond komen.
De contemplatieve dialoog kan worden afgesloten door het bidden van het onzevader.
Mark Rotsaert sj